Een paar weken terug deden wij een radio uitzending over palliatieve zorg. Niet een alledaags onderwerp en ook best een confronterend onderwerp. De expert die wij hadden uitgenodigd vertelde dat ze heel vaak gesprekken had gevoerd met mensen die in de laatste tijd van hun leven zaten en die eigenlijk allemaal uitspraken dat ze het zonde vonden dat ze jarenlang zo met hun voeding en gewicht bezig waren geweest omdat ze nu inzagen, nu het einde er aan zat te komen, dat het in het leven niet om gewicht draait en dat het zonde was dat ze niet van eten hadden genoten maar te druk waren met de cijfertjes op de weegschaal. Hoewel het een behoorlijk beladen uitzending was, was het wel deze opmerking die mij raakte. Mede omdat ik na mijn operaties heel erg met mijn eten bezig was en regelmatig in de rollercoaster van mijn eetstoornis zat.
Geniepige vijand
In aanloop naar de operaties leek ik eindelijk mijn rust te hebben gevonden in mijn eten en voelde ik ook die rust. Ik was dan ook vast besloten om op dezelfde weg verder te gaan na mijn operaties maar al snel na de eerste operatie merkte ik dat ik uit angst steeds minder begon te eten. Angst dat er toch misschien nog wat cellen in mijn been zouden zitten die konden gaan groeien als ik verkeerd zou eten. Angst dat de cellen van mijn niet geopereerde been naar mijn geopereerde been konden overslaan en ik dan weer groei zou hebben in dat been. Angst dat als ik teveel zou eten, uiteindelijk alles weer zou terugkomen. Ik was zo blij met het eerste resultaat dat ik dat natuurlijk niet wilde verpesten dus al snel dook mijn meest geniepige oude vijand weer op en vond een mooie voedingsbodem om zich in te nestelen.
Het werd maandenlang een interne strijd die ook nog eens extra gevoed werd door periodes van geen trek hebben na de liposucties. Iets waardoor ik mij ontzettend sterk voelde, hoe gek het ook klinkt. Als ik namelijk geen trek had, hoefde ik ook niet te eten en dat scheelde weer een hele hoop. En zo at ik minder en minder. Ik liet af en toe even wat weg of ik sloeg een maaltijd over want dat kon best volgens mijn eetstoornis. Waar de emoties al hoog zaten door alles wat er gebeurde, besloot mijn geniepige vijand er nog een schepje bovenop te doen. De interne strijd in mijn hoofd was net als een gevecht tussen Badr Hari en Rico Verhoeven. Waar de ene dag het goede het van het kwade won maar er ook dagen waren dat het kwade van het goede won. Het was eigenlijk een strijd die ik niet had zien aankomen na alle euforie van de goede dingen die er gebeurden.
Opkrabbelen
Het heeft een tijd geduurd voordat ik weer kon opkrabbelen en er weerstand tegen kon bieden. De opmerking in de radio uitzending raakte mij dan ook ontzettend en ik vroeg mij af waar ik in godsnaam weer mee bezig was. Jarenlang heb ik mijzelf gek gemaakt als het ging om eten. Jarenlang waren er regels van wat ik wel en niet mocht eten, in welke hoeveelheden en op welke momenten. Jarenlang was ik soms compleet de weg kwijt als het om eten ging en beheersde het mijn hele leven. Jarenlang dacht ik dat als ik maar minder at, mijn benen minder zouden worden en het lipoedeemvet zou verdwijnen. Jarenlang liep ik de ene therapie na de andere binnen om maar weer te kijken hoe we mijn problemen met eten konden oplossen. En hoewel ik het na jarenlang eindelijk echt op de rit had voor mijn gevoel, viel ik toch weer in de val simpelweg door angst.
De opmerking tijdens de radio uitzending was wat ik nodig had om in te zien dat ik mij niet zo druk zou moeten maken om eten en gewoon moet doen waar ik mij goed bij voel. Dat ik mag eten en doen waar ik mij goed bij voel. Ik en niet mijn eetstoornis. Jarenlang heeft die alles bepaald en het is nou niet dat het mij van de lipoedeem heeft afgeholpen of maar wat aan mijn lichaam heeft veranderd. Wel aan mijn humeur want ik kan mij voorstellen dat ik jarenlang niet te genieten was omdat ik alleen maar met eten en dan vooral niet eten bezig was. Want ja, stel je voor dat ik toch de remedie had gevonden tegen lipoedeemvet. De radio uitzending was een wake up call. Een wake up call om wakker te worden van de leugens die mijn eetstoornis tegen mij vertelde over het zogenaamd goed bezig zijn. Een wake up call om gewoon te doen waar ik mij goed bij voel, waarbij ik geen zwart wit denken heb als het om eten gaat en waar ik mij rustig bij voel. Eten waar ik mij goed bij voel, waar ik trek in heb en waar ik blij van word.
En dat is ook het enige wat ik iedereen, met of zonder lipoedeem, wil meegeven: eet waar jij blij van wordt en laat je niet gek maken door wat anderen doen. Voor je het weet is het leven voorbij en kun je niet meer eten waar je blij van wordt dus waarom zou je eten je leven en humeur laten bepalen? Je leeft nu en niet morgen of over een week. Eet wat je lekker vindt, eet met mate, geniet en probeer bewuste maar vooral lekkere keuzes te maken waar jij en je lichaam zich goed bij voelen.
Take care!
xoxo
Bron afbeeldingen: Shutterstock
Daar zit zeker wat in hè, in zo’n opmerking. Ik zeg het regelmatig tegen mijn man als in dat we moeten genieten van het leven. Waarom zou je jezelf te druk maken om dingen die er niet toe doen. Genieten is zo belangrijk. Goed dat het je aan het denken heeft gezet :-).
Wat voor mij al een eigen gedachte was geworden, zie ik nu door jou verwoord!
Ik ben nu 74 en heel mijn leven gelijnd. Heel veel afgevallen en weer aangekomen. Wist ik dat er lipoedeem achter zat. Weet ik nog maar 3 jaar. En nu ik foto’s terugzie, is het onmiskenbaar , al jaren.
En ik heb ook nooit gegeten wat ik lekker vond. Ik kan geen tomaten, komkommer etc meer zien. Maar ja , het is zo gezond hè?
Omdat ik me vaak zo ellendig voel, ben ik een paar maanden geleden khbeperkt gaan eten. Daar knap ik nu wel van op, want ik eet geen (bijna) geen gebak, brood, pasta etc meer. Dus geen suikers. Nu voel ik me beter. Maar ik kies nu verder dingen uit, die ik lekker vind. Ben 10 kg afgevallen, weeg nog “slechts” 140 kg.
Maar ik ben nu tevreden. Eet wel dingen af en toe met suiker. Geniet, maar eet er van met mate.
Daar moest ik 74 voor worden, om voor mezelf te kiezen. Ik heb nog veel meer ” mankementen”, o.a. versleten knieën, die men niet wil opereren. Dus beetje invalide.
Ik wilde eigenlijk zeggen: dat ik er nu ook pas achterkom, dat ik wat eten betreft, nooit echt lekker heb gegeten. Fijn, dat jouw ogen nu al zijn open gegaan. Liefs!
Ik herken het. Je denkt goed bezig te zijn maar ondertussen……
Het logo gezonde voeding gaat ook niet voor iedereen op. Daar bedoel ik mee iets kan dan wel gezond zijn, maar jou lichaam moet er ook nog iets mee kunnen. Toen ik er achter kwam dat ik niet zo goed tegen gluten en lactose kan ging er voor mij een wereld open. Minder oneffenheden op de benen en armen, minder opgeblazen en vooral minder PIJN.
Herkenbaar, ik heb ook “moeilijke” eetmomenten gehad. Met de hulp van een diëtist heb ik meer inzicht gekregen en reageerde mijn lichaam daar ook goed op. Dit is nu jaren geleden en ik wel een terugval gehad, maar ik probeer daar nu weer aan te werken. En ook te genieten 🙂
Ik eet gewoon lekker. Maar die foto van donuts, chocola en troep is voor mij geen eten. Misschien af en toe wel lekker, maar dat is dus geen eten. Tomaatjes eet ik bij de vleet: heerlijk eten, ik word er misschien zelfs wel blij van. Zeker blijer dan van de Macd of andere fastfood. Mezelf jarenlang volproppen met diepvriespizza’s, snackbarmaaltijden omdat dat makkelijk was of elke week een pak koekjes opeten .. daar werd ik dus toch niet gelukkig van. Voor mij was het een eye-opener dat ik lekker en gezond kon eten en dat ik verdorie niet zo veel nodig had, ook nog. Als kind altijd te horen gekregen dat ik te weinig at, bleek dat ik gewoon standaard te grote porties at voor wat ik nodig had.
Gelukkig geniet ik van andere dingen nog meer dan van eten 🙂
(Geloof me, ik kan genoeg eten voor een weeshuis als het moet. Alleen, het hoeft dus niet en ik ben blij dat ik daar nu achter ben.)